Schrijf uw teksten bewust en doelgericht

U schrijft dagelijks veel teksten. U schrijft die teksten met de verwachting dat de lezer er even goed voor gaat zitten om uw tekst te lezen, maar dat gebeurt helaas maar zelden. Zeker online zijn lezers ongeduldig. Vaker zullen lezers uw teksten scannen en alleen de belangrijke onderdelen eruit halen. U moet de tekst dus zo schrijven zodat dat ook bij de ongeduldige lezer de boodschap overkomt. Dat doet u door uzelf tijdens het schrijven van de tekst in de lezer te verplaatsen. Als u een tekst schrijft, moet u dat niet vanuit uw eigen perspectief doen. U moet zich juist inleven in de lezer. U moet weten waar hij naar op zoek is en wat hij wil lezen. Dat is natuurlijk onmogelijk, u kunt niet per persoon weten wat hij wil lezen. Daarom is het volgens Sophie de Jong van Stichting Webshop Keurmerk slim om met persona’s te werken.

Fictieve personen

Persona’s zijn fictieve personen met de gemiddelde eigenschappen van uw doelgroep. U kunt die persona’s zelfs een naam geven, zodat u zich tijdens het schrijven hardop kunt afvragen: ‘wat zou Jasmine nu doen?’ Dat helpt enorm om niet alleen uw gedachten op papier te zetten, maar die ook meteen duidelijk te verwoorden. Vergelijk het maar met een persoonlijk gesprek, door de reactie van uw gesprekspartner weet u wanneer iets niet duidelijk is. Als u schrijft krijgt u die signalen niet meteen, door voor een persona te schrijven kunt u die situatie zo goed mogelijk nabootsen. Om een persona op te stellen moet u een goed beeld hebben van uw doelgroep. Daarnaast is het belangrijk om het gemiddelde van die doelgroep als persona te nemen.

Verplaatsen

Het is dus belangrijk om u te verplaatsen in de lezer. Bedenk dan niet alleen wat hij wil lezen, maar kies juist voor de actie die hij moet ondernemen na het lezen van uw tekst. Werft u vrijwilligers, dan moet de hele tekst in het teken staan van de aanmeldknop. Dit is dus wezenlijk anders dan hoe u nu nog teksten schrijft. Neem daarom de volgende stappen voor, tijdens en na het schrijven:

• bepaal het doel van de tekst;
• kies de doelgroep en een passend persona;
• schrijf de tekst;
• controleer zelf of vraag een collega om de tekst te controleren. Geef hem wel het doel mee, zodat hij kan controleren of dat duidelijk is. Bestaat uw doelgroep uit jonge moeders, spreek hen dan ook zo aan. De bezoeker moet zich herkennen in de tekst.

Dwingend

Schrijf actief, wees overtuigend of zelfs dwingend en wees doelgericht.

Voorbeeld

Heeft u aanstaande zaterdag een online uitverkoop voor vaste klanten waarvoor u de aandacht wilt trekken, dan schrijft u niet: ‘aanstaande zaterdag is er een uitverkoop voor vaste klanten, bent u er bij?’ De lezer wordt nergens toe aangezet, u spreekt de bezoeker al meer aan als u zegt: ‘aanstaande zaterdag is er voor u een speciale vasteklantenuitverkoop, klik hier om u aan te melden.’ In de tweede zin komt u overtuigender over, het is voor de scannende lezer meteen duidelijk wat van hem wordt verwacht. Wees niet bang dat lezers uw teksten als onsympathiek ervaren, zij waarderen het juist (onbewust) als de tekst duidelijk en doelgericht is.

Informatie

Als u zo direct schrijft, is het ook van belang dat u de belangrijkste informatie beknopt en to-the-point noteert. Een tekst bevat al snel een ‘informatieoverload’. Als een tekst te vol is gepropt met informatie, wordt die automatisch onleesbaar. Hanteer daarom de volgende werkwijze:

• in de titel of onderwerpregel vat u de tekst kernachtig samen, bijvoorbeeld: ‘uitnodiging vasteklantenuitverkoop op 1 april’;
• plaats de belangrijkste informatie aan het begin, start ermee;
• gebruik opsommingen (bulletpoints) om praktische informatie te delen;
• schrijf actief, voorkom het gebruik van hulpwerkwoorden zoals ‘kunnen, zullen en worden’;
• vermijd het gebruik van twijfelwoorden, zoals misschien, wellicht en eventueel.

Afwisseling

Houd er ook rekening mee dat een grote grijze lap tekst niet uitnodigt om te lezen. Het is dus belangrijk om af te wisselen. Gebruik daarvoor niet alleen de bulletpoints, maar ook tussenkoppen en kaders. Het is juist heel goed om met witruimte te werken. Dat zorgt visueel voor meer afwisseling en dus voor meer rust. Op het moment dat uw tekst rustig oogt, is het voor de lezer makkelijker om bij de les te blijven. Daarnaast moet u in de tekst afwisselen tussen korte en lange zinnen. Wissel lange en korte zinnen af. Een korte zin bevat ongeveer vijf tot acht woorden, een lange zin bestaat uit tot wel 25 woorden. Let op: alleen maar korte of alleen maar lange zinnen maken uw teksten onleesbaar. Afwisseling is dus het toverwoord.

Call-to-action

Tenzij u romans schrijft, is het de bedoeling dat uw lezer iets doet na het lezen van de tekst. De aansporing om iets te doen. Denk aan het invullen van een enquête, het registreren als vrijwilliger of het bestellen van een product. Deze call-to-action moet de bezoeker aanzetten om tot een actie over te gaan.

Samen schrijven

Teksten worden beter als u ze samen schrijft. Dat betekent niet dat u met een ander achter een toetsenbord zit, maar laat iemand uw teksten lezen voordat u ze publiceert. Een tweede paar ogen zien meer dan u alleen ziet. Vraag die ander wel om de tekst te lezen zoals de doelgroep.